3.1 Lokale heffingen
Inleiding
De paragraaf lokale heffingen betreft zowel heffingen waarvan de bestedingen gebonden zijn (afvalstoffenheffing en rioolheffing) als heffingen waarvan de bestedingen ongebonden zijn (onroerendezaakbelastingen, precario- en (hondenbelasting, 2022 laatste jaar)).
In deze paragraaf wordt achtereenvolgens ingegaan op:
- het gevoerde tarievenbeleid ten aanzien van de belangrijkste lokale heffingen;
- een overzicht van de totale baten uit belastingen, tarieven en leges;
- een overzicht van de lokale lastendruk in de periode 2020 tot en met 2022;
- het kwijtscheldingsbeleid;
- waardebepaling WOZ;
- bezwaar en beroep WOZ-waarde;
- de landelijke en regionale woonlastenvergelijking.
Beleid ten aanzien van lokale heffingen
De woonlastentarieven 2022 zijn in november 2021 door de raad vastgesteld. De tarieven zijn ten opzichte van 2021 als volgt gewijzigd:
Heffing | Tariefwijziging 2022 |
---|---|
Onroerendezaakbelasting woningen | - 4,1% |
Onroerendezaakbelasting niet-woningen | + 1,8% |
Rioolheffing | 0% |
Afvalstoffenheffing | + 8,7% |
Uitgangspunten tarieven
De woonlasten (onroerendezaakbelasting, afvalstoffen- en rioolheffing) als geheel stijgen met maximaal de inflatie. We streven naar een volledige kostendekking (99%) bij afval en riool. De verwachte inflatie waarmee in de begroting 2022 rekening is gehouden bedraagt 1,8%, Centraal Planbureau (CPB, maart 2021).
De onroerendezaakbelastingen
Om aan het uitgangspunt van een maximale stijging van de woonlasten van 1,8% te voldoen, is het tarief onroerendezaakbelasting in 2022 ten opzichte van 2021 met 4,1% verlaagd. Voor de niet-woningen is het tarief onroerendezaakbelastingen met 1,8% verhoogd.
De rioolheffing
Sinds 2022 wordt de rioolheffing van de eigenaren geheven. Belangrijkste voordeel hiervan is dat de heffing over een grotere groep verdeeld kan worden. Bij een eigenarenheffing wordt ook bij leegstand rioolheffing geheven.
Voor de rioolheffing geldt dat de tarieven maximaal 100% kostendekkend mogen zijn. Bij het vaststellen van de begroting 2022 is besloten om 99% van de begrote kosten door te belasten via de heffing of door een onttrekking aan de egalisatievoorziening. Hiermee beperken we het risico op het onverbindend verklaren van de verordening wegens het overschrijden van de kostendekking. De resterende 1% van de begrote kosten komt ten laste van de algemene middelen. Indien bij de jaarrekening de lasten lager of hoger uitvallen dan begroot is het uitgangspunt dat dit terugvloeit naar de burger door een lagere of hogere onttrekking aan de egalisatievoorziening.
Berekening kostendekkendheid rioolheffing | oorspr. | gewijz. | realisatie |
---|---|---|---|
begroting | begroting | ||
Kosten op taakveld 7.2 Riolering | |||
- kosten exploitatie | 1.363 | 1.367 | 1.510 |
- kapitaallasten | 1.041 | 1.027 | 1.017 |
- mutatie spaarvoorziening | 3.029 | 3.029 | 3.029 |
- kosten personeel- en organisatiekosten | 1.021 | 1.021 | 828 |
Netto kosten taakveld | 6.454 | 6.444 | 6.384 |
Toe te rekenen kosten andere taakvelden | |||
- dubieuze debiteuren | 150 | 150 | 140 |
- kwijtscheldingen | 0 | 0 | 83 |
- heffing en inning | 103 | 68 | 50 |
- straatreiniging | 362 | 384 | 369 |
- waterwegen | 388 | 283 | 232 |
- overhead | 908 | 908 | 957 |
- BTW | 406 | 406 | 403 |
Totale kosten | 8.771 | 8.643 | 8.618 |
Dekkingspercentage | 99% | 99% | 99% |
Toe te rekenen kosten | 8.683 | 8.556 | 8.530 |
Opbrengst rioolheffingen | 8.359 | 8.359 | 8.375 |
Mutatie egalisatievoorziening | 324 | 309 | 156 |
Totale opbrengst | 8.683 | 8.668 | 8.530 |
Stand voorziening (31-12-2022) | 875 |
De gerealiseerde opbrengsten van de rioolheffing liggen nagenoeg in lijn met de begroting.
De hogere exploitatielasten zijn het gevolg van de hogere inflatie en de daarmee gestegen onderhoudslasten. Daarnaast hebben noodzakelijke werkzaamheden aan het rioolstelsel, aanvullend op het planmatig onderhoud, geleid tot hogere lasten. De lasten voor kwijtschelding betreffen afrekeningen uit voorgaande jaren. De lasten voor het onderhoud waterwegen zijn lager vanwege leveringsproblemen van materialen, het uitvoeren van de benodigde bodemonderzoeken en vertraging bij het vinden van een aannemer voor het uitvoeren van baggerwerkzaamheden.
Het voordelige resultaat op de personeelslasten is grotendeels het gevolg van de gewijzigde doorberekening van de personeelslasten aan de investeringen. De personeelslast die toegerekend is aan de investering is toegenomen, hetgeen leidt tot een voordeel in de exploitatie. In 2022 is € 201.000 toegerekend aan investeringen van het GWP, het investeringsbedrag valt daarmee hoger uit. De omvang van de spaarvoorziening riolering is niet voldoende om dit te dekken. Bij het behandeling van deze jaarstukken wordt voorgesteld om € 180.000, het toegerekende bedrag aan de vervangingsinvesteringen riolering, uit de egalisatievoorziening te onttrekken en dit bedrag te storten in de spaarvoorziening. Het doel van deze voorziening is om de lasten van de jaarlijkse investeringen in de riolering te kunnen dekken, zodat deze niet meer geactiveerd hoeven te worden (ideaalcomplex).
De afvalstoffenheffing
Ook voor de afvalstoffenheffing geldt het uitgangspunt van 99% kostendekking. Bij het vaststellen van de begroting 2022 is besloten 92% van de begrote kosten te dekken door het innen van afvalstoffenheffing en een onttrekking te plegen aan de egalisatiereserve afvalstoffenheffing.
De resterende 8% (€ 1.169.000) van de begrote kosten komt ten laste van de algemene middelen.
Berekening kostendekkendheid afvalstoffenheffing | oorspr. | gewijz. | realisatie | |
---|---|---|---|---|
begroting | begroting | |||
Kosten op taakveld 7.3 Afval | ||||
- bijdrage GAD (Regio G&V) | 10.080 | 9.909 | 9.893 | |
- teruggaaf resultaat 2020 (GAD) | -50 | 0 | 0 | |
- dubieuze debiteuren | 200 | 200 | 187 | |
Netto kosten taakveld | 10.230 | 10.109 | 10.080 | |
Toe te rekenen kosten andere taakvelden | ||||
- kwijtscheldingen | 825 | 825 | 749 | |
- heffing en inning | 156 | 156 | 79 | |
- straatreiniging | 362 | 362 | 369 | |
- personeel- en organisatiekosten | 146 | 146 | 126 | |
- BTW | 2.189 | 2.189 | 2.172 | |
Totaal toe te rekenen kosten | 3.678 | 3.678 | 3.495 | |
Totale kosten | 13.908 | 13.787 | 13.575 | |
Dekkingspercentage | 92% | 92% | 92% | |
Dekking algemene middelen | 1.169 | 1.169 | 1.169 | |
Toe te rekenen kosten aan burgers/reserve | 12.739 | 12.617 | 12.406 | |
Totale dekking | 13.908 | 13.787 | 13.575 | |
Opbrengst heffingen | 12.380 | 12.380 | 12.372 | |
Onttrekking egalisatiereserve | 359 | 237 | 34 | |
Totale opbrengst | 12.739 | 12.617 | 12.406 |
Per saldo wijkt de realisatie daarmee € 203.000 voordelig af ten opzichte van de begroting. Grootste veroorzaker van het voordeel zijn de lagere kwijtscheldingen en heffings- en inningskosten. Bij het behandelen van deze jaarstukken, wordt een aanvullende toevoeging van € 203.000 aan de egalisatiereserve afvalstoffenheffing voorgesteld.
Marktgelden
Voor het belastingjaar 2022 zijn de tarieven hetzelfde gebleven als de tarieven 2021. Hierbij is de afspraak dat de kosten(dekking), in samenspraak met de marktcommissie, tegen het licht wordt gehouden ten behoeve van het bepalen van de toekomstige tarieven. Ook wordt nagegaan in hoeverre de huidige kostentoedeling nog aansluit bij de werkelijkheid.
Berekening kostendekkendheid marktgelden | oorspr. | gewijz. | realisatie |
---|---|---|---|
begroting | begroting | ||
Toe te rekenen kosten | |||
- kapitaallasten | 15 | 15 | 15 |
- gewijzigde bouw fasering Marktplein | 16 | 16 | 16 |
- personeels- en organisatiekosten | 165 | 165 | 177 |
- schoonmaakkosten | 107 | 107 | 119 |
- beheerkosten | 12 | 12 | 8 |
- promotie | 17 | 17 | 12 |
Totale kosten | 332 | 332 | 347 |
Toe te rekenen kosten | 247 | 247 | 196 |
Totaal opbrengsten | 247 | 247 | 196 |
De marktopbrengsten tonen een nadelig resultaat van ongeveer € 51.000. De inkomstenderving is een direct gevolg van de beperkende coronamaatregelen aan het begin van 2022. Door de overheidsmaatregelen konden non-food kramen een deel van het jaar niet op de markt staan. Ook was er een ruimere opstelling met verbrede looppaden waardoor er een beperkte ruimte was voor het aantal kramen.
Havengelden
De havengelden bestaan uit liggelden van woonboten en kadegelden voor vracht- en recreatievaart.
Het overgrote deel is afkomstig van woonschepen. De in Hilversum gehanteerde tarieven zijn vergelijkbaar of hoger dan de commerciële tarieven van de particuliere havens in de omgeving. Daarnaast bieden particuliere havens meer faciliteiten en toezicht. Om deze reden is ervoor gekozen om af te wijken van volledige kostendekkendheid
Berekening kostendekkendheid havengelden | oorspr. | gewijz. | realisatie |
---|---|---|---|
begroting | begroting | realisatie | |
Kosten op taakveld 2.4 Havens en waterwegen | |||
Kosten taakveld, incl. omslagrente | 385 | 325 | 279 |
Inkomsten taakveld, excl. heffingen | -65 | -65 | -61 |
Netto kosten taakveld | 320 | 260 | 218 |
Kosten buiten taakveld | |||
- overige toe te rekenen kosten | 1 | 3 | 4 |
- overhead incl. (omslag)rente | 87 | 55 | 54 |
- BTW | 35 | 35 | 26 |
Totale kosten | 443 | 353 | 302 |
Opbrengst heffingen | 19 | 20 | 19 |
Dekkingspercentage | 4,3% | 5,7% | 6,3% |
Totale baten uit belastingen, leges en rechten
Oorspronkelijke begroting 2022 | Gewijzigde begroting 2022 | Realisatie 2022 | Afwijking realisatie vs. Gewijzigde begroting | |
Ongebonden heffingen | ||||
Onroerendezaakbelastingen woningen | 12.198 | 12.398 | 12.384 | 14 |
Onroerendezaakbelastingen niet woningen | 10.269 | 11.069 | 11.268 | -200 |
Hondenbelasting | 510 | 442 | 452 | -10 |
Precariobelasting | 312 | 255 | 219 | 36 |
Totaal niet gebonden heffingen | 23.289 | 24.164 | 24.323 | -159 |
Gebonden Heffingen | ||||
Rioolheffing | 8.359 | 8.359 | 8.375 | -16 |
Afvalstoffenheffing | 12.380 | 12.380 | 12.372 | 8 |
Marktgelden | 247 | 247 | 196 | 51 |
Havengelden | 19 | 20 | 19 | 1 |
Opbrengsten parkeermeters en vergunningen | 3.505 | 3.585 | 3.955 | - 370 |
Opbrengsten fiscale parkeerheffingen | 1.000 | 1000 | 998 | 2 |
Leges omgevingsvergunningen | 3.137 | 3.645 | 3.119 | 526 |
Leges burgerlijke stand | 203 | 203 | 367 | -164 |
Leges rijbewijzen/paspoorten/identiteitskaart | 755 | 775 | 942 | -187 |
Leges gemeentelijke basisregistratie | 86 | 86 | 112 | -26 |
Overige leges en heffingen | 258 | 258 | 168 | 90 |
Totaal gebonden heffingen | 29.949 | 30.558 | 30.614 | -65 |
Totaal | 53.238 | 54.722 | 54.937 | -224 |
Onroerend zaakbelasting
De opbrengst OZB valt hoger uit dan begroot. Met name bij de niet-woningen is sprake van een hogere opbrengst door onder meer een hogere waardeontwikkeling en areaaluitbreiding.
Precario
De coronacrisis heeft een grote impact op het openbare leven in Hilversum. In 2022 zijn net als in 2020 en 2021 een aantal maatregelen genomen om particulieren en ondernemers te ondersteunen. De precariobelasting is voor de tarieven voor terrassen, luifels, reclameborden en vaste standplaatsen voor 75% in rekening gebracht. Ook zijn belastingen marktgelden in bepaalde gevallen niet in rekening gebracht.
Leges omgevingsvergunningen
In 2022 is er een nadeel ontstaan op de bouwleges van afgerond € 526.000. In de begroting 2022 was rekening gehouden met de te ontvangen bouwleges van een groot bouwproject. De vergunningverlening heeft uiteindelijk plaatsgevonden op 23 januari 2023. De baten worden om deze reden verantwoord in 2023. Hetgeen leidt tot een incidenteel nadeel in 2022.
Opbrengst parkeermeters en vergunningen
De extra baten zijn toe te schrijven aan het opheffen van de coronamaatregelen waardoor er meer bezoekers naar het winkelcentrum zijn gekomen.
Leges rijbewijzen/paspoorten/identiteitskaarten
In 2022 zijn er meer rijbewijzen, paspoorten en identiteitskaarten uitgegeven dan vooraf begroot. Deze toename is grotendeels te wijten aan de opheffing van de coronamaatregelen met als gevolg dat mensen weer naar het buitenland konden reizen en de in corona tijd uitgestelde rijexamens en medische herkeuringen ingehaald konden worden in 2022.
Overzicht van de lokale lastendruk
Hieronder is weergegeven hoe de lokale lastendruk zich van 2020 tot en met 2022 heeft ontwikkeld.
Omschrijving | 2020 | 2021 | 2022 |
---|---|---|---|
Gemiddelde woningwaarde | 337.000 | 359.000 | 398.000 |
Onroerendezaakbelasting eigenaren | 274,99 | 295,82 | 286,96 |
Rioolheffing | 181,68 | 182,52 | 182,52 |
Afvalstoffenheffing (meerpersoonshuishouden) | 324,48 | 345,60 | 375,60 |
Totaal | 781,15 | 823,94 | 845,06 |
Procentuele wijziging woonlasten | 2020 t.o.v. | 2021 t.o.v. | 2022 t.o.v. |
---|---|---|---|
2019 | 2020 | 2021 | |
Stijging voor eigenaar én gebruiker van woningen | 3,47% | 5,48% | 2,56% |
Stijging lastendruk voor huurders van woningen | 1,42% | 4,34% | -28,88% |
De peildatum van de woningwaarde is telkens de waarde per 1 januari van het voorafgaande jaar. Dit betekent voor de in de tabel opgenomen jaren:
Belastingjaar | Waardepeildatum | Gemiddelde waardeontwikkeling |
---|---|---|
2020 | 1 januari 2019 | 7,0% hoger (werkelijk 7,8%) |
2021 | 1 januari 2020 | 6,29% hoger (werkelijk 6,48%) |
2022 | 1 januari 2021 | 9,65% hoger (werkelijk 11,66%) |
De gemiddelde waardestijging van een woning voor het belastingjaar 2022 is 11,66%. Bij het vaststellen van de tarieven is uitgegaan van een verwachte stijging van 9,65%. De werkelijke waardeontwikkeling ligt daarmee 2% hoger. Op het moment van vaststellen van de tarieven OZB in november 2021 was de waardering van de WOZ-waarden voor het belastingjaar 2022 nog niet afgerond. Door de sterk stijgende ontwikkelingen op de woningmarkt is de werkelijke waardeontwikkeling hoger dan vooraf ingeschat. De hogere waardeontwikkeling heeft een positief effect op de baten OZB.
Kwijtscheldingsbeleid
De gemeente Hilversum kent een aanzienlijk aantal huishoudens dat moet rondkomen van een minimuminkomen en wil dat ook inwoners met een laag inkomen kunnen meedoen in de samenleving. Daarom biedt de gemeente inwoners en ondernemers (alleen privé-belastingschulden) die niet, of met moeite in staat zijn om de lokale belastingen te betalen de gelegenheid gebruik te maken van kwijtschelding. Hiervoor moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Hoofdregel is dat gemeenten de kwijtscheldingsregels van de Rijksoverheid volgen. De gemeenteraad kan op een aantal punten van de rijksregels afwijken:
- Bepalen dat geen of slechts gedeeltelijke kwijtschelding wordt verleend;
- Uitgaan van hogere kosten van bestaan dan de rijksregels voorschrijven, 100% in plaats van 90%;
- Bepalen dat kleine zelfstandigen in aanmerking komen voor kwijtschelding van hun privé-belastingschulden .
In Hilversum wordt binnen de mogelijke verruiming het maximale toegepast.
Het is alleen mogelijk kwijtschelding aan te vragen voor onderstaande heffingen:
- rioolheffing; alleen lasten eigendom woning.
- afvalstoffenheffing;
- hondenbelasting; alleen eerste hond.
- Onroerendezaakbelasting; alleen lasten eigendom woning.
- zuiverings-/verontreinigingsheffing en watersysteemheffing ingezetenen van Waternet (alleen voor inwoners).
In een convenant met Waternet te Amsterdam is vastgelegd dat de gemeente Hilversum de kwijtscheldingsverzoeken voor aanslagen behandelt die Waternet oplegt aan inwoners van de gemeente Hilversum. Dit betreft de zuivering-, verontreiniging- en de watersysteemheffing.
Bij het beoordelen van kwijtscheldingsverzoeken wordt gebruik gemaakt van het Inlichtingenbureau. Zij toetsen geautomatiseerd of inwoners in aanmerking komen voor kwijtschelding. De inwoners die op basis van deze automatische toets in aanmerking komen voor kwijtschelding hoeven geen aanvraag meer te doen.
Het aantal kwijtscheldingsverzoeken laat zich moeilijk voorspellen. Het aantal verzoeken (3.813) is hoger dan begroot (3.600). Dit is mogelijk te verklaren door covid-19. Het streven is om de kwijtscheldingsverzoeken binnen zes maanden af te handelen.
Op 31 december 2022 waren er nog 288 openstaande kwijtscheldingsverzoeken. Voor het afhandelen van deze verzoeken wordt gewacht op een beoordeling van het inlichtingenbureau. Naar verwachting zijn de nog af te handelen verzoeken in het tweede kwartaal 2023 afgehandeld.
Omschrijving | Rekening 2021 | Begroting 2022 | Rekening 2022 |
---|---|---|---|
Aantal kwijtscheldingsverzoeken | 3.473 | 3.600 | 3.813 |
(inclusief Waternet) waarvan: | |||
Geheel toegekend | 2.597 | 2.500 | 2.760 |
Gedeeltelijk toegekend | 31 | 100 | 14 |
Afgewezen | 666 | 1.000 | 720 |
Ingetrokken | 179 | 31 | |
In behandeling | 288 | ||
Totaalbedrag kwijtschelding | 1.177.000 | 936.000 | 863.783 |
Aantal beroepschriften | 0 | 25 | 2 |
% ongegronde beroepschriften | 95% | 100% | |
% afgehandelde beroepschriften binnen | |||
wettelijke termijn van 8 weken | 100% | 100% | |
Aantal herzieningen | 138 | 175 | 209 |
% ongegrond herzieningen | 23% | 30% | 24% |
Bezwaar en Beroep WOZ-waarde
Jaarlijks wordt van circa 50.000 panden binnen de gemeente een WOZ-waarde bepaald. De WOZ-waarde is de waarde in het economische verkeer. Deze waarde wordt bepaald naar de waardepeildatum die altijd 1 jaar vóór het belastingjaar ligt. Voor het belastingjaar 2022 zijn de WOZ-waarden bepaald naar het waardeniveau op 1 januari 2021. Sinds 2022 zijn gemeenten verplicht om de WOZ-waarde van woningen te bepalen op basis van de m2 gebruiksoppervlakte. Voorheen was de m3 inhoud maatgevend voor de waardering.
De Waarderingskamer is het toezichtorgaan dat gemeenten controleert op een juiste uitvoering van de Wet WOZ. Jaarlijks beoordeelt de Waarderingskamer de kwaliteit van de WOZ-taxaties van gemeenten. De gemeente mag pas aanslagen opleggen als de Waarderingskamer hiervoor toestemming heeft gegeven. In 2022 heeft de Waarderingskamer geoordeeld dat de uitvoering van de WOZ verbeterd moest worden. Het oordeel is gedaald van 3 naar 2 sterren (maximaal aantal is 5 sterren). Dit had o.a. te maken met de overgang naar waardering op basis van m2 gebruiksoppervlakte.
Met het collegevoorstel van 1 november 2022, voortgang plan van aanpak Waarderingskamer, is voor de komende jaren budget vrijgemaakt om de verbeterpunten van de Waarderingskamer uit te kunnen voeren. Om de noodzakelijke acties vorm te geven is een investering vrijgemaakt van in totaal € 305.000 voor de jaren 2022 t/m 2024. Voor 2022 is het budget van € 82.500 volledig benut voor het uitvoeren van de overgang naar m2 gebruiksoppervlakte en de herwaardering voor het nieuwe belastingjaar. Het uitvoeren van het verbeterplan heeft er voor 2023 in geresulteerd dat het oordeel is gestegen naar 3 sterren, voldoende.
De afhandeling van bezwaarschriften vormt een groot onderdeel van de werkzaamheden binnen het team Gegevenshuis. Het aantal bezwaarschriften over 2022 was lager dan het aantal bezwaarschriften over 2021. Een groot deel van de bezwaarschriften wordt ingediend door gemachtigden die werken op basis van No Cure No Pay (NCNP-bureau’s), dit is een landelijke trend. Een NCNP-bureau ontvangt een proceskostenvergoeding voor elk bezwaar of beroep dat wordt toegekend. Voor de hoogte van de proceskostenvergoeding maakt het niet uit met welke bedrag de WOZ-waarde wordt verlaagd. In de bezwaarfase is deze wettelijke vergoeding circa € 700, bij een beroepsprocedure loopt dit op tot € 2.000.
Aantal panden waar bezwaar tegen is gemaakt | ||||||||||||
Particuliere bezwaren | No Cure No Pay | Totaal overzicht | ||||||||||
ge-grond | onge-grond | in behandeling | totaal | ge-grond | onge-grond | in behandeling | totaal | ge-grond | onge-grond | in behandeling | totaal | |
jaar | ||||||||||||
2022 | 322 | 382 | 86 | 790 | 63 | 440 | 69 | 572 | 385 | 822 | 155 | 1.362 |
2021 | 501 | 482 | 983 | 91 | 780 | 871 | 592 | 1.262 | 1.854 | |||
2020 | 320 | 581 | 905 | 95 | 570 | 665 | 415 | 1.151 | 1.566 |
Het aantal toegekende bezwaren ingediend door particulieren is hoger. Dit heeft met name te maken met de mogelijkheid om informeel bezwaar te maken. Na het verzenden van de aanslagen is een telefonisch spreekuur met de taxateurs opengesteld. In een persoonlijk gesprek kan een inwoner een bezwaar toelichten en krijgt de taxateur meer informatie over een woning. Blijkt hieruit dat de WOZ-waarde te hoog is, dan wordt de waarde direct verlaagd.
Ook bij beroepsprocedures zien we een verschuiving van procedures die worden ingediend door een NCNP-bureau. Ook het aantal procedures bij het Gerechtshof is toegenomen in 2020. Voor 2021 zijn deze cijfers nog niet bekend omdat eerst de procedure bij de rechtbank gevolgd moet worden. De algemene doorlooptijd van procedures bij de rechtbank en het Gerechtshof bedragen minimaal 1 jaar. Daarom is pas na afloop van een belastingjaar zichtbaar hoeveel procedures over een bepaald belastingjaar zijn gevoerd.
Particulieren beroepen | |||||||
Belastingjaar | Rechtbank | Gerechtshof | Hoge Raad | Ongegrond | Gegrond | In behandeling | Totaal |
2022 | 10* | 0 | 0 | 1 | 0 | 9 | 10 |
2021 | 14 | 1 | 0 | 13 | 0 | 15 | 28 |
2020 | 12 | 3 | 0 | 10 | 4 | 1 | 15 |
No Cure No Pay | |||||||
Belastingjaar | Rechtbank | Gerechtshof | Hoge Raad | Ongegrond | Gegrond | In behandeling | Totaal |
2022 | 29* | 0 | 0 | 0 | 0 | 29 | 29 |
2021 | 137 | 5 | 0 | 28 | 7 | 36 | 71 |
2020 | 62 | 25 | 0 | 63 | 15 | 9 | 87 |
*Uitspraken op bezwaar zijn dit jaar later verzonden wegens het later opleggen van de aanslagen gemeentelijke belastingen. Hierdoor is ook een vertraging te zien in het aantal beroepsprocedures.
Het streven is om bezwaar- en beroepsprocedures te voorkomen. Informeel contact in de bezwaarfase helpt bij het verminderen van procedures. Slechts een klein deel van de procedures ingediend door NCNP-bureau’s wordt gegrond verklaard.
Proceskostenvergoeding | |
jaar | bedrag |
---|---|
2022 | 87.000 |
2021 | 104.000 |
2020 | 89.000 |
Landelijke woonlastenvergelijking
Het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden) van de Rijksuniversiteit van Groningen vergelijkt de lokale lasten. Het COELO brengt hierover jaarlijks de ‘Atlas van lokale lasten’ uit met daarin informatie over alle gemeenten in Nederland.
Het overzicht van de gemeenten (nummer 1 heeft de laagste gemiddelde woonlasten) voor een meerpersoonshuishouden met daarin opgenomen de positie van gemeente Hilversum, ziet er als volgt uit.
Omschrijving | 2020 | 2021 | 2022 | |||
---|---|---|---|---|---|---|
rangorde | bedrag | rangorde | bedrag | rangorde | bedrag | |
COELO Atlas overzichten van alle gemeenten: | ||||||
Gemeente met de laagste lasten | 1 | 573 | 1 | 598 | 1 | 667 |
Gemiddelde van alle gemeenten | 776 | 811 | 904 | |||
Gemeente met de hoogste lasten | 372 | 1.440 | 372 | 1.517 | 349 | 1.736 |
Gemeente Hilversum | 170 | 784 | 183 | 827 | 188 | 920* |
*In voorgaande jaren hanteerde het COELO de gemiddelde WOZ-waarde van koop- en huurwoningen samen omdat de waarde van alleen koopwoningen niet bekend was. Sinds 2022 publiceert het CBS de woningwaarden ook uitgesplitst. Sinds 2022 gaat het COELO in de vergelijking uit van de gemiddelde WOZ-waarde van alleen koopwoningen.
Veel gemeenten staan (evenals Hilversum) in de rangorde rond het gemiddelde geconcentreerd. Kleine wijzigingen in de woonlasten (van minder dan 10 %) leiden hierdoor al tot een grote verschuiving in de rangorde.
In onderstaande tabellen is een overzicht weergegeven van de woonlasten binnen de provincie Noord-Holland, van regio gemeenten en gemeenten met een vergelijkbare omvang. De doorgetrokken rode lijn geeft in beide onderdelen het landelijk gemiddelde weer, de gestippelde rode lijn het provinciale gemiddelde. Hilversum is terug te vinden rond het gemiddelde.